2015: Legalisatie homohuwelijk
De vlag hangt uit!
Op 26 juni 2015 verklaarde het Amerikaanse Hooggerechtshof het homohuwelijk op federaal niveau legaal in alle 50 staten van het land. Het historische besluit was een mijlpaal in de strijd voor gelijke rechten voor de LGHTBQ+-gemeenschap. Duizenden mensen verzamelden zich voor het Hooggerechtshof in Washington D.C. en zwaaiden met de regenboogvlag, die symbool staat voor de LGHTBQ+-gemeenschap, om het besluit toe te juichen. De afkorting staat voor lesbisch, homo, hetero, transgender, biseksueel, queer en alle andere seksuele identiteiten. Voordat dit besluit werd genomen, mochten stellen van hetzelfde geslacht maar in 37 staten wettelijk met elkaar in het huwelijksbootje stappen. In de overige 13 voornamelijk conservatieve, Republikeinse staten, zoals Texas, Arkansas en Ohio, was dit verboden vanwege het feit dat staten het recht hadden om hun eigen huwelijksbeleid te bepalen.
Een jarenlange strijd: van conservatieve
tegenreactie tot een historisch besluit
Na jarenlang strijden voor gelijke rechten en erkenning was de legalisatie van het homohuwelijk in de Verenigde Staten een langverwachte beslissing. Decennialang hebben homorechtenactivisten gestreden voor de legalisatie van het homohuwelijk. Ondanks hun inspanningen ondertekende voormalig president Bill Clinton in 1996 onder publieke druk de Defense of Marriage Act (DOMA), die de erkenning van het huwelijk tussen personen van het hetzelfde geslacht op federaal niveau verbood. Sindsdien zijn er verschillende rechtszaken geweest die dit besluit hebben geprobeerd aan te vechten.
De alles veranderde zaak
Het was uiteindelijk de zaak Obergefell vs. Hodges die leidde tot de beslissende uitspraak van het Hooggerechtshof. Jim Obergefell, een man uit Ohio, spande de zaak aan nadat hij legaal in de staat Maryland was getrouwd met zijn inmiddels overleden echtgenoot John Arthur. De staat Ohio erkende echter het homohuwelijk niet, waardoor Obergefell niet als echtgenoot op de overlijdensakte van Arthur mocht staan. De rechtszaak kwam uiteindelijk voor het Hooggerechtshof en hier werd besloten dat het homohuwelijk constitutioneel beschermd was onder het 14e amendement van de Amerikaanse grondwet, die burgers het recht op gelijke bescherming onder de wet garandeert.
Polarisatie in de Verenigde Staten
Met een 5-4 meerderheid was de legalisering een nipte overwinning voor de voorstanders van het besluit. De verdeelde stemming van de rechters weerspiegelt het gepolariseerde politieke landschap in de Verenigde Staten. Kwesties zoals het homohuwelijk, abortus en gelijke rechten voor transgenders zijn onderwerpen waarbij gemeenschappen vaak lijnrecht tegenover elkaar komen te staan. Deze kwesties worden vaak ingezet om stemmen te mobiliseren in presidentiële verkiezingen. Voormalig president Barack Obama, onder wiens bewind de uitspraak werd gedaan, steunde de uitspraak.
Het homohuwelijk en de toekomst
Het legaliseren van het homohuwelijk was een historisch moment, maar het is belangrijk om te beseffen dat dergelijke besluiten niet onomkeerbaar zijn. In een gepolariseerd land als de Verenigde Staten sluimert er altijd de angst dat deze besluiten teruggedraaid worden. Deze angst is niet geheel ongegrond, zoals te zien was bij het recente besluit in 2022, waarbij de federale regelgeving omtrent abortus werd teruggedraaid, waardoor 13 staten de praktijk illegaal hebben gemaakt. Sommige juristen vrezen dat ook het besluit van het homohuwelijk ter discussie kan worden gesteld. Tot op heden is er echter geen reden geweest om aan te nemen dat dit zal gebeuren. Wie de Verenigde Staten bezoekt zal op veel openbare plekken de regenboogvlag zien hangen, vooral in progressieve steden zoals San Francisco en New York City.