Dinsdag 24 juli van Charlottesville naar Dublin

Met een Abraham in de camper op weg verder naar het zuiden richting het stadje Roanoke. Hoe meer we naar het zuiden reden, hoe mooier de natuur. Door de Appalachen en uiteindelijk aangekomen in het Claytor Lake State Park in Dublin. De camping ligt in het State Park vlak bij, hoe kan het ook anders, het Claytor Lake. Weer valt op hoe het campingleven hier toch zo anders is dan in Europa. De camperplaatsen met standaard een picknicktafel en bbq op elke plek, en wij ons nog druk maken dat er geen stoelen en tafel bij de camperuitrusting zit, en de afmeting van de plaatsen, zo ongeveer twee keer zo groot als bij ons. Nog steeds vragen wij ons af wat de amerikanen toch moeten met zulke grote caravans en campers. Je zou zeggen dat ook hier het leven op de camping zich voornamelijk buiten af moet spelen. Ook is het niet zo dat er, zoals in Frankrijk, de hele familie mee wordt genomen op vakantie. Dan zal het wel gewoon een stukje luxe zijn. Wanneer je bijvoorbeeld de tank van de WC moet legen, dan wandel je niet met de tank richting het wc-gebouw, maar bind je deze achter je Jeep. Wat ook opvalt is de vriendelijkheid van de amerikanen. We staan achterin een straat en voor we bij het wc-gebouw zijn hoor je minstens vijf keer de standaard begroeting 'Hello, how are you doing?'. 

Na een stuk te hebben gewandeld is het tijd voor de hollandse pot die een beetje schraal afsteekt bij de bbq's om ons heen met daarop de flinke steaks, en een paar potjes Rummicub. Van moeders vergt dit extra aandacht, continue jokers en stenen tellen. Van wie hebben ze dat vals spelen toch geleerd?