Indian Summer

Bij Niagara Falls de grens met de US over. Een lange rit voor de boeg naar Gettysburg. Net zoals in Engeland en Frankrijk waar alle wegen richting London en Parijs gaan, zo zijn ook de hoofdwegen in de US op New York georiënteerd. Omdat ons reisdoel in het zuidoosten lag, werd het een soort van zig-zag rit, steeds een stapje zuidelijker. Een mooie mix van Interstates, high roads en binnenwegen, waarbij we zelf af en toe ook nog een zijweg inschoten.

Een mooie rit door een prachtig landschap. Veel heuvels, veel water. Weer tal van borden langs de weg om te waarschuwen voor overstekend wild. Dat zijn we niet tegengekomen, wel zagen we de gevolgen ervan: er lagen regelmatig dode herten, wasberen en vossen langs de weg.

Ook kwamen we eenzelfde bordje tegen, maar dan met een rijtuig met paard erop. Prompt reed ons over de vluchtstrook een Amish-rijtuig tegemoet. Paard noch koetsier leken zich iets van het verkeer aan te trekken. Dat we in het land van de Amish waren, hadden we al gezien want het land achter de begraafplaats (foto) werd omgeploegd door een ploeg getrokken door twee paarden.

Het weer was zomers: een echte indian summer. De temperatuur was ruim boven de twintig graden en de hemel onbewolkt. We hebben steeds buiten kunnen eten en koffiedrinken.

We kwamen in het donker aan in Gettysburg. Prima hotel; het meest luxueuze tot nu toe (Courtyard Marriott). Voor we morgen aan de rit naar Williamsburg gaan beginnen, zoeken we eerst het Gettysburg National Military Park op, waar in 1863 de beslissende slag tussen noord en zuid plaatsvond.