Grand Teton National Park, Wyoming

Direct ten zuiden van Yellowstone ligt Grand Teton National Park. Indrukwekkende berglandschappen en veel wilde dieren maken een bezoek aan dit park de moeite waard. Grand Teton bestaat uit twee totaal verschillende delen met elk hun eigen bezienswaardigheden. In het oosten ligt het brede dal de Jackson Hole, met de slingerende Snake River; in het westen vind je de steile en met sneeuw bedekte Teton Range die oprijst uit het dal.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Teton Range

Dit is een actieve en langgerekte bergketen, met acht pieken die hoger liggen dan 3.600 meter. Onderdeel van deze keten is de 4.197 meter hoge Grand Teton. In Grand Teton National Park hebben de gletsjers uit de laatste ijstijd een keten van acht grotere en een paar kleinere meren geschapen, waarin de spitse bergtoppen weerspiegeld worden. In het ochtendlicht zijn de bergen op hun mooist.

Uitzichtpunten aan Highway 89

Twee wegen doorsnijden het park van noord naar zuid: de ongeveer parallel aan elkaar lopende 'outer park road' (Highway 89/191) en 'inner park road' (Teton Park Road). Aan Highway 89/191 liggen talloze uitzichtpunten. Blacktail Ponds Overlook is een stop waard. Je kijkt op uitgestrekte weiden met daarachter de hoge pieken van de Tetons. Dit is een goede locatie om - gewapend met je verrekijker - 's morgens of 's avonds naar wildlife zoals herten en elanden te speuren. Iets verderop vind je de afslag naar Schwabachers Landing (niet geschikt voor campers). Dit is ook een uitermate geschikte locatie om wildlife te spotten. Elanden grazen graag langs de rivier, waarin bevers hun dammen bouwen. De toppen van de Tetons worden prachtig weerspiegeld in het water. Aan het noordelijke einde van Highway 89 kun je een fotostop maken bij de Oxbow Bend Turnout, waar de Snake River zich in veel zijarmen vertakt. Als je geluk hebt zie je herten en elanden zich tegoed doen aan het struikgewas. Aan de Teton Park Road liggen Taggart Lake, Jenny Lake en Jackson Lake. Hier beginnen enkele prachtige wandelingen (zie hierna).

Craig Thomas Discovery & Visitor Center

In het zuiden van Grand Teton National Park ligt het Craig Thomas Discovery & Visitor Center. Hier vind je meer informatie over de bezienswaardigheden, rangeractiviteiten (zoals wandeltours), vergunningen en kamperen. Bekijk de verschillende tentoonstellingen en de parkfilm getiteld Life on the Edge.

Menors Ferry Historic District

Nabij het Thomas-bezoekerscentrum ligt een historisch district met enkele oude gebouwen. Mormon Row is een geliefde locatie voor fotografen: de twee schuren uit de jaren 1880 vormen samen met de Teton Range op de achtergrond een prachtig plaatje. Een andere bezienswaardigheid is de Chapel of the Transfiguration. De inrichting van dit slechts één vertrek tellende blokhutkerkje uit 1925 is uiterst eenvoudig, maar het grote raam achter het altaar onthult de prachtige bergen van de Teton Range. Wandel ook naar Menor’s Ferry, waar je een erf met onder andere een woonhuis en winkel uit het eind van de negentiende eeuw treft. Vanuit deze plaats voer een veerboot, die door de bouw van een brug over de rivier bij Moose in 1927 overbodig werd. Tegenwoordig kun je, mits de weersomstandigheden en waterstand het toelaten, een tocht met een replica maken.

Jenny Lake

Jenny Lake, dat omringd wordt door bossen, is een populaire bestemming onder wandelaars. De mooiste trails beginnen aan de overzijde van het meer. Je kunt ernaartoe wandelen of de veerpunt pakken (tegen betaling). Aan de overzijde van Jenny Lake starten de Hidden Falls Trail naar de 60 meter hoge Hidden Falls (1,8 km round trip vanaf bootsteiger) en de Inspiration Point Trail naar een uitzichtpunt over Jenny Lake (3,8 km round trip vanaf de boot). De Cascade Canyon Trail is de 'showcase trail' van het park: heb je weinig tijd, kies dan voor deze wandeling (14 km round trip). Je kunt natuurlijk eerder omkeren, maar volgens de kenners wordt het uitzicht mooier naarmate je verder de Cascade Canyon ingaat. Over de hele wandeling doe je circa 6 uur, met een hoogteverschil van 370 meter.

Signal Mountain

Bij Jackson Lake, aan de Teton Park Road, begint een zijweg naar Signal Mountain (niet geschikt voor grote campers). Deze circa acht kilometer lange weg kronkelt 242 meter omhoog naar de top. Eenmaal boven wacht je een panoramisch uitzicht.

Colter Bay District

Boven Jenny Lake ligt het Colter Bay District. Maak een stop in het bezoekerscentrum, waar de kunst en cultuur van indianen aan bod komen, en wandel langs Jackson Lake, het grootste meer van Grand Teton National Park. Jackson Lake is een echt watersportmeer: er wordt gesurft, gewaterskied en gevaren. Verschillende organisaties en lodges bieden kajak- en rafttochten aan, onder andere op Jackson Lake en de Snake River. Bij Colter Bay Marina huur je kano's, kajaks of een motorbootje.

Wildlife

De waterrijke omgeving vormt een ideaal leefgebied voor bevers, otters en muskusratten. Ook leven er veel elanden, bizons en herten. Pelikanen, zwarte beren en grizzly’s laten zich iets minder vaak zien. De laatste jaren komen de wolven van Yellowstone in de winter regelmatig naar Grand Teton. De beste tijd om op zoek te gaan naar wildlife is rond zonsopkomst en zonsondergang. Rijd bijvoorbeeld de Antelope Flats Road, de Moose-Wilson Road en neem een kijkje bij bovengenoemde uitzichtpunten.

Vervoer

De belangrijkste toegangsweg is de US 89. Deze 75 kilometer lange weg loopt dwars door het park en wordt ook wel de 'outer park road' genoemd. De Teton Park Road draagt de bijnaam 'inner park road' en voert door het hart van het natuurgebied. Vanuit het noordelijker gelegen Yellowstone kom je Grand Teton National Park binnen via de John D. Rockefeller Memorial Parkway (Highway 89), die aansluit op de Teton Park Road.

Het Visitor Center bij Moose (Craig Thomas Discovery & Visitor Center) is het enige bezoekerscentrum dat het hele jaar door geopend is. De andere centra zijn van november tot en met april gesloten.

Let op: In de winter (november tot en met april/mei) zijn de Grassy Lake Road en de Teton Park Road tussen Taggart Lake en Signal Mountain Lodge gesloten voor verkeer. De hoofdwegen (Highway 89/191 en 26/287) worden van Jackson tot Flagg Ranch, net ten zuiden van Yellowstone, sneeuwvrij gehouden. Het is 's winters echter niet mogelijk om via Highway 89 naar Yellowstone te rijden. In Yellowstone is de zuidelijke ingang in deze maanden namelijk gesloten, alleen de noordingang bij Gardiner is dan geopend.

Feiten

Klimaat

Bovenstaande klimaatgegevens zijn historische gemiddelden voor de plek op de kaart. Het weer is onvoorspelbaar, deze gegevens dienen dan ook puur als indicatie.

In de winter is het koud in het park. De gemiddelde dagtemperatuur in januari is -3 graden Celsius. ’s Nachts kan de temperatuur dalen tot meer dan 20 graden onder het vriespunt. De eerste hevige sneeuwbuien vinden plaats in het begin van november en houden aan tot in maart. De zomers zijn aangenaam en niet te warm, het wordt gemiddeld 27 graden Celsius. In de zomermaanden komen er vaak onweersbuien voor aan het eind van de middag of in de avond. De herfst is aangenaam en droog; het regent dan niet veel. De mooiste tijd voor een bezoek aan het park is van juni tot september.

Geschiedenis

De adembenemende schoonheid en de overvloed aan wilde dieren en planten trekt al meer dan 11.000 jaar mensen naar de plek van het nationale park. De nomadische Paleo-indianen waren de eersten die het gebied betrokken. In de zomer deden zij zich te goed aan de overvloed aan bloemen en bessen. Ook bevisten ze de meren en stroompjes en jaagden op wild. In de winters trokken de nomaden verder, op zoek naar milder weer.

In de winter van 1807-1808 bereikte John Colter als eerste kolonist het dal van Jackson Hole. Pelsjagers op zoek naar bevers volgden hem. De Franse pelsjagers koesterden vast erotische gedachten bij het zien van de bergtoppen, want ze gaven deze de naam Grand Tetons mee, wat in het Frans 'grote boezems' betekent. Toen de vraag naar pelsen terugliep, ging het ook bergafwaarts met Jackson Hole. Pas in 1872, toen Ferdinand V. Hayden Yellowstone in beeld bracht, kwam ook het gebied rondom Jackson Hole weer in beeld.

In 1929 werd Grand Teton een National Park, maar het park omvatte destijds alleen de bergen van de Teton Range. John D. Rockefeller, telg uit de beroemde rijke familie, kocht in 1949 130 vierkante kilometer ranchland aan de voet van de bergen en schonk het aan het park. Als dank voor zijn inzet voor het Teton en andere parken, werd in 1972 een gebied in het Tetonpark alsmede de verbindingsweg tussen Yellowstone en Grand Teton naar Rockefeller vernoemd.

Een jaar na de schenking van Rockefeller, werden delen van de riviervlaktes en het Jackson Lake aan het park toegevoegd. Bij de uitbreiding van het park werden enkele concessies gedaan die zeer uitzonderlijk zijn voor een nationaal park. Sommige ranches bezitten een levenslang weidrecht, zodat je tot op de dag van vandaag in de hele Jackson Hole cowboys, grazende runderen en paarden vindt. Grand Teton is het enige nationale park waar gejaagd mag worden, mits je vergunning hebt. Een andere bijzonderheid is dat de luchthaven van Jackson Hole binnen het park ligt. De belangrijkste ingreep is de kunstmatige waterregulatie van de Snake River door middel van de Jackson Lake Dam. Boeren uit Idaho financierden in 1916 de verhoging van de stuwdam tot het huidige niveau. Het water steeg daardoor twaalf meter en op die bovenste twaalf meter bezitten die farmers nog steeds de irrigatierechten, zodat ze hun droge velden met dat water kunnen irrigeren.