Mardi Gras

Zo’n optocht met grote versierde wagens, floats genaamd, waarin vaak mensen en actuele gebeurtenissen op de hak worden genomen, is nog steeds het voornaamste onderdeel van het feest. De wagens worden gebouwd door verenigingen, krewes (spreek uit als 'crews'), die elk een king en een queen hebben en jaarlijks een uitbundig bal voor hun leden organiseren. De gang van zaken is kortom vergelijkbaar met het carnaval in Nederland, maar geholpen door het klimaat zijn de uitdossingen bij het Amerikaanse Mardi Gras vaak wat uitbundiger en gewaagder, net zoals bij het zomercarnaval in Rotterdam.

Aanvankelijk vonden die optochten ’s avonds plaats, maar vanaf eind negentiende eeuw werden ze overdag gehouden. Toen de Russische Groothertog Alexis Romanov in 1872 een bezoek aan New Orleans bracht, werd de optocht ter ere van hem voorzien van de familiekleuren van de Romanovs: goud, groen en paars. Sindsdien zijn dat de vaste kleuren gebleven.

In en rond Bourbon Street in het French Quarter, waar zich nogal wat ‘strip joints’ bevinden, lopen vrouwen in de optocht wel met ontblote borsten; de meningen verschillen erover of dit wel of geen traditioneel element van het feest is. Op andere plaatsen in de stad is dit ‘flashen’ verboden. Optochten elders in de stad waar minder toeristen komen worden als authentieker beschouwd en zijn bovendien ‘family friendly’ omdat er minder alcohol wordt gedronken.

Het van origine katholieke en uitbundige Mardi Gras spreekt in de overheersend protestante Verenigde Staten sterk tot de verbeelding als iets exotisch. Het feest heeft ook veel muzikanten geïnspireerd. De plaatselijke blueszanger Professor Longhair (1918-1980) schreef er meerdere nummers over (met als bekendste ‘Go to the Mardi Gras’ uit 1949), de eveneens uit New Orleans afkomstige Al Johnson nam in 1960 ‘Carnival Time’ op. Beide nummers worden als Mardi Gras-klassiekers beschouwd. De rockband Creedence Clearwater Revival noemde hun zevende en laatste album uit 1972 'Mardi Gras', maar dat album heeft behalve de naam verder niets met het feest van doen.